Regie: Farhad Savinia | Duur: 124 minuten | Taal: Engels | Kijkwijzer: 16 jaar
Taal is onderwerp van onderzoek in The Professor and the Madman, een biografisch drama naar het boek The Surgeon of Crowthorne uit 1998 van Simon Winchester. Op IMDb scoort de film onder critici gemiddeld 2.7. Er valt zeker het nodige aan te merken op wat Farhad Savinia ons voorschotelt, maar het lage rapportcijfer (op basis van slechts vijf reviews) is mij te streng.
Engeland, 1872. De Schot James Murray (Mel Gibson) solliciteert naar de job om de eerste editie van de Oxford English Dictionary samen te stellen. Een op voorhand ondoenlijk karwei, want hoe verzamel en documenteer je álle woorden die de rijke Engelse taal herbergt? Gelukkig steekt een gepensioneerd legerarts, de Amerikaan William Chester Minor (Sean Penn), de helpende hand toe.
Waar komt de bagger die kenners over The Professor and the Madman uitstorten vandaan? Ik bekijk de film drie keer en stel vast dat Mel Gibson en Sean Penn, toch geen kleintjes binnen het acteergilde (beiden tweevoudig Oscarwinnaar), inderdaad niet de sterren van de hemel spelen.
Gibson speelt een uit het arbeidersmilieu opgeklommen autodidact die in het oer-Engelse, decadente universiteitswereldje van Oxford vriend en vijand verbaast met – overdrijven is ook een vak – zijn wel héél uitgebreide talenkennis. Probleem bij Gibson is dat hij vaak struikelt over de complexere emoties; veel kleuren telt zijn expressie-spectrum niet. Wanneer hij bijvoorbeeld door een tierende William dringend verzocht wordt om op te krassen, op het eind van de film, schiet hij in de tranen. Maar o jee wat doet hij daarbij met zijn mond? In de emotie hapt hij als een vis op het droge naar lucht. Een koddig gezicht.
Gibsons spel kan ermee door, dat van Penn niet. Laatstgenoemde wil veel te graag; een andere verklaring kan ik niet vinden voor zijn theatrale optreden. Hij speelt een 48-jarige ex-militair die claimt achtervolgd te worden door de deserteur die hij tijdens de oorlog heeft laten brandmerken. Zijn paranoia leidt tot de vergismoord waarmee de film begint, en zijn gedwongen opsluiting in het psychiatrisch ziekenhuis van Broadmoor. William wisselt momenten van innerlijke rust en luciditeit af met angstaanvallen en razernij, maar de schizofrene aard plakt Penn als een soort sticker op zijn personage.
Toch is er reden voor jolijt: Jennifer Ehle (als Ada, de vrouw van James), Natalie Dormer als de weduwe Eliza Merrett en Eddie Marsan als Mr. Muncie (bewaker in Broadmoor, een prachtig rolletje) geven de film kleur. Het zegt anderzijds veel over Gibson en Penn dat het vuurwerk moet komen van een drietal acteurs die alleen maar kunnen dromen van een Oscar(nominatie).
De echte pijn betreft het plot. Na vijftig minuten is er nog weinig aan de hand. Maar als William zich als een geschenk uit de hemel presenteert en het monnikenwerk van een wanhopige James vlot trekt, schakelen we plots twee versnellingen hoger. Een halve scheet later zijn James en William dikke vrinden, is het woordenboek af en raakt Eliza meer en meer gecharmeerd van de man die haar tot een armlastige weduwe bombardeerde. Pardon?
The Professor and the Madman is best amusant, maar heeft last van ruis: het plot is een propvol kladblok. Jammer dat Savinia niet inzoomt op de totstandkoming van het encyclopedische werk, op de “evolutie der betekenis” zoals professor Murray treffend stelt. Goede bijrollen en een paar fraaie tournures werken verzachtend, maar graag had ik een film gezien die de taal daadwerkelijk in de spotlights zet in plaats van deze te verbannen naar de kantlijn.